Techniekpact moet instroom jonge technici bevorderen

Het door werkgevers, overheid, onderwijs en werknemersorganisaties ondertekende Techniekpact moet de aansluiting van het onderwijs op de arbeidsmarkt in de technieksector verbeteren en daarmee het tekort aan technisch personeel terugdringen. “Het tekort aan technici zet de hele Nederlandse economie onder druk”, zegt André van der Leest, beleidssecretaris onderwijszaken bij de Koninklijke Metaalunie. “Het Techniekpact moet leiden tot meer structurele instroom op kwalitatief hoog niveau. Dat hebben we in de toekomst hard nodig”, zegt Van der Leest.

 
Medio mei is het Techniekpact ondertekend. Van der Leest heeft daar nog een belangrijke rol in gespeeld. Vanuit zijn functie bij de Metaaalunie is hij ook bestuurder bij andere organisaties. “Ik heb het Techniekpact mede ondertekend in de rol van voorzitter van het bestuur van ‘TechniekTalent.nu’. Dat is een groot samenwerkingsverband van alle technische branches, acht stuks, die gezamenlijk met de vakbonden TechniekTalent.nu hebben opgericht om te werken aan promotie, imago, instroombevordering en behoud van mensen in de techniek.” Metaalunie is mede-initiatiefnemer van het hele Techniekpact. “Nadrukkelijk zijn zowel onze voorzitter Michael van Straalen als ik zelf erbij betrokken geweest. We hebben een rol gespeeld bij het opstellen van het Techniekpact.”
 Groot probleem.
 Van der Leest beantwoordt de vraag of het tekort aan technici een groot probleem is. “Inderdaad, het tekort loopt in de komende jaren sterk op. Er gaan per jaar 70.000 mensen met pensioen in de sectoren. Er komen zo’n 40.000 beschikbaar. Een rekensommetje leert dat er dan 30.000 per jaar tekort zijn.” Zijn er in de aluminium en de rvs nog specifieke problemen? “Ja, heel nadrukkelijk, als ik kijk naar de bedrijven die er zijn , zijn het vaak ondernemingen die toeleverancier zijn aan de bouw. Zij hebben het lastig. Tegelijkertijd vragen we wel aan die bedrijven om verder te kijken dan de korte termijn periode. Als ze eens kijken naar hun werknemers en ze zien dat er een grote mate van vergrijzing is of dat er een verloop ontstaat , zou ik van die bedrijven willen vragen alvast nu na te denken over de activiteiten van een stagiaire of leerling of een hbo-er die ook kan helpen als het straks weer beter gaat. Ze kunnen helpen de business goed te ontwikkelen.”
 
Maar we weten toch ook dat er mensen ontslagen worden in de branche vanwege de economische recessie? Van der Leest weerlegt: “Ja, maar dan moet je de structurele en conjuncturele problemen niet door elkaar halen. We hebben inderdaad een recessie waar een heleboel bedrijven een hoop last van hebben. Nogmaals, er gaan in die bedrijven ook heel veel mensen met pensioen komende tijd, de babyboomers en dat is een structureel probleem. Daar moeten we een oplossing voor vinden.”.
 Afspraken
Bedrijfsleven, onderwijsinstellingen en overheid leveren dus ieder een bijdrage aan het Techniekpact. “Doel is dat meer goed opgeleide vakkrachten voor techniek kiezen of voor de technische sector behouden blijven. In het Techniekpact worden afspraken gemaakt over de concentratie van techniekopleidingen in regio’s, in combinatie met een grotere betrokkenheid van bedrijven. Bijvoorbeeld door meer en betere stageplekken, goede informatie (transparantie) over loopbaanperspectieven.”
Hij wijst er op dat er fundamentele afspraken zijn gemaakt. “De afspraken hebben drie verschillende thema’s: ‘kiezen’, ‘leren’ en ‘werken’. Kiezen heeft te maken met hoe interesseer je mensen vanaf het basisonderwijs voor de techniek. Er zijn prachtige mooie banen de komende tijd, kiezen dus!
Het leren heeft onder andere te maken met stageplaatsen, maar ook met leerwerkbanen. Die moeten er natuurlijk in voldoende mate aanwezig zijn, en dat zijn ze ook wel. We zien in onze branches, in de metaal, geen tekorten ontstaan aan stageplaatsen of leerwerkbanen, nu niet en niet in de toekomst. En wat het werken betreft, heeft het te maken met duurzame inzetbaarheid, en van daaruit mensen continue blijven scholen zodat ze inzetbaar en productief zijn.”
Hij erkent dat stageplaatsen wel geld kosten. Die stagiaires verdienen geld. “Die stagiaires zijn relatief goedkoop voor een bedrijf. Dat gaat in feite om leerlingen, studerenden die vanuit een onderwijssituatie bij een bedrijf komen. Het is relatief goed te bekostigen. Bovendien zijn er veel fondsen, zogenoemde O&O fondsen in de technische sectoren, die de bedrijven nog een tegemoetkoming geven in de begeleidingskosten. Dat is niet bij elke branche zo, maar bij de metaal is dat wel zo. Er is voldoende geld.” Er liggen volgens Van der Leest ook veel kansen voor goedgeschoolde technische vakmensen in het mkb-metaal. De sector is sterk innovatief.
 
 
NEMO
Het pact is overigens 13 mei ondertekend in NEMO in Amsterdam. Van der Leest: “Daar hadden ze een bijzonder aardige bijeenkomst van gemaakt. De ondertekening vond plaats met behulp van iPads waarmee iedereen de gelegenheid kreeg op hetzelfde moment de naam en de organisatie in te vullen en met een druk op de knop was je mede-ondertekenaar. Dat was fantastisch.”
Wanneer wordt het nu geëffectueerd? “Het is een probleem van tientallen jaren, die los je niet in drie maanden tijd op. Eigenlijk is vanaf vandaag het Techniekpact in uitvoering. Dat betekent dat het ter hand wordt genomen en tenminste nog tot 2016 afspraken zijn gemaakt dat hert vervolgens nog doorloopt tot 2020. Het is echt iets dat we in de komende tijd met elkaar gaan realiseren.”
Wat moet het eerst gebeuren? “Ik denk dat we op die drie thema’s die we net hebben aangegeven , dat die thema’s gelijktijdig wel geregeld kunnen worden. Maar wat eerst moet gebeuren is dat al die verschillende, enthousiaste ondertekenaars met elkaar moeten komen tot een aanpak. Hoe gaan we het doen, zodat je de gezamenlijkheid en de effectiviteit en initiatieven dat je die zo goed mogelijk ondersteunt.”