Het regeerakkoord in perspectief

Leiden, 5 november

Joke Heikens
 

Met een nieuw regeerakkoord start er een nieuwe periode in Nederland. Langzaam maar zeker moeten we de crisis te boven komen en de coalitiepartijen VVD en PvdA doen hun best om daaraan mee te werken. Daarnaast moet worden voorkomen dat Nederland nog een keer in een crisis raakt. Maar wat houdt het nieuwe regeerakkoord in? En wat is er te verwachten op technisch gebied, zeker wat onderwijs en energie betreft.

Techniekpact 2020

Bedrijven en onderwijsinstellingen sluiten samen met de overheid het Techniekpact 2020. Hierin staan de belangen van bedrijven en het onderwijs centraal. Zij maken afspraken over
- voldoende stageplekken;
- duidelijke loopbaanperspectieven voor leerlingen en studenten;
- verbeteren van doorstroommogelijkheden door praktisch ingestelde studenten een verkorte studieroute aan te bieden;
- mogelijkheden van het financieren door het bedrijfsleven van moderne apparatuur en middelen op de scholen;
- de vermindering van uitval van leerlingen in het technisch onderwijs door betere structurering en intensievere begeleiding;
- het verminderen van de kenniscentra Beroepsonderwijs Bedrijfsleven, deze taken gaan naar de Stichting Beroepsonderwijs en Bedrijfsleven.
Het bedrijfsleven en het technisch mbo werken samen om de opleiding mbo techniek aantrekkelijker en betaalbaar te maken. Dit sluit aan bij de voorgenomen zes acties die in het regeerakkoord staan. Een Verkenningscommissie, bestaande uit kopstukken uit het bedrijfsleven en het middelbaar beroepsonderwijs, adviseert vijf verbeterpunten:
- profilering van het technisch onderwijsaanbod op basis van de economische speerpunten in de regio en mbo instellingen financieel belonen voor het afleveren van technici;
- het grote aantal technische MBO opleidingen terug te brengen tot vijf brede technologieopleidingen op niveau 4;
- bedrijven investeren mee in het technisch onderwijs;
- meer docenten uit bedrijfsleven voor de klas en docenten op bedrijfsstages;
- verbetering van het imago techniek.
De bedrijfsscholen zijn volgens de Verkenningscommissie geen adequate oplossing. Waar bedrijven vroeger vaak onder de vleugels van een groot concern werkten (zoals Philips en zijn toeleveranciers), staan bedrijven nu veel meer op zichzelf. Bedrijfsscholen die opleiden voor een specifiek bedrijf, bieden een te beperkte opleiding. Hierdoor is er te veel versnippering en gaat de kwaliteit omlaag.
Het advies van het Platform Bètatechniek wordt gesteund door een groot aantal maatschappelijke organisaties en bedrijven. Dit advies van de Verkenningscommissie ‘MBO en bedrijven aan zet’ is dinsdag 30 oktober 2012 aangeboden aan demissionair minister Verhagen.

Onderwijs


Nederland moet weer tot de top vijf van de wereld gaan behoren op het gebied van onderwijs en wetenschap, is te lezen in het regeerakkoord. Wie er voor de klas staat, is heel belangrijk. De regering wil competente en goede docenten aanstellen, mensen die hun vak verstaan. Daarvoor moet de opleiding en selectie van docenten verbeteren, maar ook die van directeuren en andere leidinggevenden. Docenten kunnen daarnaast met beloning gestimuleerd worden om beter te presteren, voor slecht presterende docenten moeten er sancties mogelijk zijn. Docenten krijgen regelmatig bijscholing, als het aan de regering ligt. Hier is een grote rol voor de Onderwijsinspectie weggelegd, die scholen niet alleen het predicaat ‘goed’ kan geven, maar ook ‘excellent’. Daarnaast hoeven scholen die voldoende kwaliteit behalen, minder verantwoording hoeven af te leggen dan scholen die zwak presteren. Dit vermindert de regeldruk en de administratieve rompslomp. Docenten die slecht presteren kunnen beter en sneller worden aangepakt, doordat de rechtspositie van ambtenaren gelijk wordt aan die van andere werknemers. De opleiding van leraren moet meer in de praktijk van lesgeven plaatsvinden. Zo zijn leerkrachten beter voorbereid op hun taak. De administratieve regels en andere onnodige en veel tijd vragende acties vermindert de overheid door verplichtingen en voorschriften voor het onderwijs te verminderen. Het LWOO (leerwegondersteunend onderwijs) en het praktijkonderwijs wordt doelmatiger en vallen onder het passend onderwijs. In het MBO blijft het actieplan ‘Focus op vakmanschap’ van kracht, waarbij de opleidingen worden ingekort, maar wel geïntensiveerd. Door het aantal opleidingen en uitstroomprofielen te verminderen, moet de kwaliteit beter worden. Kleine opleidingen stoppen in principe met bestaan. Voor het MBO is 250 miljoen beschikbaar, dit wordt gekoppeld aan prestatieafspraken met de instellingen. De roosters moeten vol zijn, er moet aandacht aan de basisvaardigheden als taal en rekenen worden besteed en de opleiding moet op de praktijk gericht zijn. De tijd ruimte en middelen voor de opleidingen moeten volledig benut worden. Voor studenten in het hoger beroeps- en universitair onderwijs komt een sociaal leenstelsel, de aanvullende beurs blijft hierbuiten zodat toch iedereen kan studeren. Alle bezuinigingen in het onderwijs vloeien direct terug, want het wordt geïnvesteerd in onderwijs en onderzoek. Daarnaast komt er 150 miljoen extra beschikbaar voor fundamenteel onderzoek.


Banen


De WW-uitkering wordt ingekort tot maximaal 24 maanden, waarbij de uitkering in het eerste jaar afhankelijk is van het laatste salaris. In het tweede jaar is de uitkering gerelateerd aan het wettelijk minimumloon. Voor 55-plussers die hun baan verliezen komt er de inkomensvoorziening voor oudere werklozen (IOW), de huidige IOAW vervalt. De IOW heeft wel een sollicitatieplicht, maar geen partner- of vermogenstoets. Flexibel werken en een vaste baan komt meer met elkaar in balans. Ook zorgt de overheid ervoor dat schoonmakers en caterings medewerkers weer in vaste dienst kunnen komen, door de laagste loonschalen weer open te stellen. De wet Werken naar Vermogen wordt vervangen door de Participatiewet per 1 januari 2014. Bedrijven krijgen zes jaar de tijd om aan het quotum van vijf procent arbeidsgehandicapten onder hun werknemers te voldoen. Bedrijven met minder dan 25 werknemers hoeven niet aan deze vijf procent te voldoen. In 2015 wordt de winstbox ingevoerd om meer evenwicht te krijgen tussen de belastingheffing van ondernemers en werknemers.


Duurzaamheid


Het topsectorenbeleid blijft bestaan. Zo moet de samenwerking tussen bedrijfsleven, wetenschappelijke instellingen, regio’s en overheid zijn succes behouden en uitbreiden. Van de eerder genoemde 150 miljoen extra voor fundamenteel onderzoek, wordt een flink deel gebruikt om mee te dingen naar subsidie uit het Europese onderzoeksprogramma Horizon 2020. Fiscale subsidies worden verlaagd, maar door verschuiving komt er wel 110 miljoen vrij om bedrijven en kennisinstellingen te stimuleren om samen te werken.. Dit is nodig voor een hoogwaardige chemie, een innovatieve agrarische sector, grote havens en een sterke energiesector. Nieuwe energiebronnen als zon, wind, biomassa en geothermie zijn een kans voor Nederland om duurzamer te worden en bij de top van de meest duurzame landen ter wereld te behoren De overheid wil een stabiel en ambitieus beleid voor de lange termijn neerzetten. Ook andere landen worden daarbij betrokken om de kansen voor het Nederlandse bedrijfsleven te vergroten. Het doel is om in 2050 alleen nog van duurzame energie gebruik te maken. De eerste doelstelling op die weg is 16 procent duurzame energie in 2020. Energiebesparing zal via energiebedrijven worden bevorderd. Hiervoor wordt met die bedrijven een besparingsdeal gesloten, de Green Deals worden uitgebreid. Het gebruik maken van (zonne-)energie op kleine schaal krijgt een verlaagd tarief in de eerste schijf van de energiebelasting. Het tarief in de eerste schijf voor niet-duurzame elektriciteit wordt juist verhoogd om dit te bekostigen. Het offshore (midden op zee) windenergie opwekken, wordt interessanter en rendabeler gemaakt door de kostprijs te verlagen. Het aantal oplaadpunten van elektrisch vervoer wordt verder uitgebreid om zo het rijden op elektriciteit te stimuleren. De markt van duurzame grondstoffen wordt gestimuleerd, net als het hergebruik van schaarse materialen.


Bronnen: Het regeerakkoord
www.platformbetatechniek.nl
Rapport: ‘MBO en bedrijven aan zet’